DeMess, zondag 24 november
In de maand dat er heel wat kinderharten vol verwachting kloppen, werd de rikketik van de bezoekers van het zondagochtend Messconcert ook zwaar op de proef gesteld.
Kan iemand met alleen een contrabas een verwend concertpubliek een uur lang boeien?
Ja dus.
James Oesi (London, 1988) in ieder geval wel.
En hoe!
Dreadlock James is niet alleen een voortreffelijk contrabasmusicus. Hij blijkt ook nog eens een bescheiden, innemende persoonlijkheid met een interessant verhaal.
En ras-entertainer.
Via het fraaie Luciano Berio’s ‘Psy’ en de ‘Cellosuite nr.4’ van Johann Sebastiaan Bach belandde hij bij een stuk waar de zeer goed gevulde Mess eensgezind van uit z’n dak ging:
‘Poucha Dass’ van Francois Rabbath.
Een ode aan Ravi Shankar.
Wat een verbazingwekkende virtuositeit en raffinement. Het typisch Indiase Shankarsfeertje werd op onnavolgbare wijze door Oesi vertolkt.
Goed voor een uitvoerig open doekje.
Tot besluit ‘Failing, a very difficult piece for solo string bass’ van Tom Johnson. Een uiterst ingenieuze combinatie van muziek en gesproken woord, waarmee de entertainmentkwaliteiten van onze musicus nog maar eens vet onderstreept werden. Ondoenlijk om in een paar woorden samen te vatten.
Een warm en langdurig applaus was zijn deel.
Wij gaan James Oesi terugzien in de Mess.
Dat is zeker.